Macrolenzen
Het maken van foto’s van kleine objecten wordt ook wel ‘macrofotografie’ genoemd. Voor het scherp in beeld brengen van kleine voorwerpen is een zogeheten marco lens of macro-objectief nodig. In enkele gevallen bevat een fotocamera een macro-modus, welke met een ‘tulp’ symbool als extra optie wordt getoond op de camera.
Macro lens in combinatie met statief
Voor het fotograferen van bijvoorbeeld een bloem, plant, insect of munt is het hebben van een macrolens raadzaam. Een statief helpt u bij het maken van uw macro opnames. Dit vermijdt dan bewegingsonscherpte en kan u beter bepalen waar u het beeld scherp wil hebben.
De meest gebruikte macro-objectieven zijn de objectieven met een brandpuntsafstand van 100mm. De lichtere en compactere vormen betreffen macro-objectieven van 50 of 60mm.
Reproductiefactor
Waar ook rekening mee gehouden dient te worden is de reproductiefactor. Een goede macrolens heeft een factor van 1 op 1 (1:1) waardoor een onderwerp met de grootte van de sensor kan gefotografeerd worden.
